Positieverbetering mensen met een beperking kost tijd
Mensen met een beperking of aandoening doen minder mee in de samenleving dan mensen uit de algemene bevolking. Hierin is weinig verandering opgetreden de laatste jaren, ook niet tijdens de coronapandemie. Wel ervaren meer mensen mogelijkheden om hun leven in te vullen zoals zij dat zelf wensen. Dit blijkt uit onderzoek dat het Nivel uitvoerde in samenwerking met het Trimbos-instituut en Patiëntenfederatie Nederland.
Gebaseerd op het VN-verdrag inzake de rechten van mensen met een handicap (2016), startte het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) in 2018 het programma ‘Onbeperkt meedoen!’. Dit programma loopt tot en met 2021 en heeft als overkoepelende ambitie dat mensen met een beperking meer naar eigen wens en vermogen kunnen meedoen aan de samenleving, net als ieder ander. Het Nivel monitort deze ambitie sinds 2019. Hiertoe is participatie gemeten op verschillende terreinen, waaronder betaald werk, sociale contacten en verenigingsactiviteiten.
Arbeidsparticipatie loopt het meest achter
Participatie van mensen met een lichamelijke beperking of psychische aandoening is op veel gemeten terreinen lager dan in de algemene bevolking. Het verschil is het grootst op het gebied van betaald werk; dit is nauwelijks veranderd sinds 2016. Wel is de arbeidsparticipatie hoger bij mensen die het belangrijk vinden om betaald werk te kunnen doen. Waar in 2020 40% van de mensen met een lichamelijke beperking aangeeft betaald werk te hebben, ligt dit percentage op 60% bij degenen onder hen die aangeven dit belangrijk te vinden. Maar ook dan blijft er een kloof bestaan met de algemene bevolking.
Vooral mensen met een verstandelijke beperking ondervinden gevolgen corona
In 2020 is een afname op verschillende deelgebieden van participatie zichtbaar bij alle groepen van mensen met een beperking en ook bij de algemene bevolking. Hierbij valt te denken aan het gebruik van openbaar vervoer of het bezoeken van uitgangsgelegenheden. Vooral bij mensen met een verstandelijke beperking zijn er (veel) grote verschillen in participatie tussen 2019 en 2020. Tot en met 2019 deden relatief meer mensen met een verstandelijke beperking verenigingsactiviteiten en/of cursussen dan de algemene bevolking. In 2020 is hun deelname hieraan zo sterk afgenomen dat deze zelfs lager is dan die van de algemene bevolking.
Meer mensen kunnen invulling aan eigen leven geven
In 2020 geeft 70% van de mensen met een lichamelijke beperking aan dat zij hun leven naar wens kunnen vormgeven, zoals het zelf bepalen wat zij willen doen in hun vrije tijd en wanneer. Dat is hoger dan in 2019, toen het percentage nog op 51% lag. Hiermee komen mensen met een lichamelijke beperking in 2020 bijna op hetzelfde percentage uit als de algemene bevolking, waar 76% dit ervaart. Daarentegen zien we bij dezelfde doelgroep – mensen met een lichamelijke beperking – een afname van mensen die vinden dat zij meetellen in de maatschappij; dit percentage daalde van 67% in 2019 naar 58% in 2020. Dit zijn ook, relatief, minder mensen dan in de algemene bevolking, waar het percentage in beide jaren rond de 80% ligt.
Hulpmiddelen en toegankelijkheid
Mensen met een lichamelijke of verstandelijke beperking hechten veel belang aan begrip en acceptatie vanuit de samenleving voor mensen met een beperking. Ook aandacht voor mensen met een beperking vanuit de politiek en media vinden zij belangrijk. Hiernaast geven zij aan dat toegankelijkheid van bijvoorbeeld gebouwen of openbare ruimtes belangrijk is en dat medische hulp(middelen) essentieel zijn om naar wens en vermogen te kunnen deelnemen aan de samenleving.
Bron: NIVEL